Na al het regelwerk en de vier dagen bij Erwan verhuizen we nog een keer binnen Amman. We weten niet goed waarheen, eigenlijk willen we weg uit de stad, maar daar zijn we net nog niet helemaal klaar voor. We kunnen terecht op de plek waar Dmitri al een week rondhangt: in het gastenverblijf van Rob, een expat die voor Shell werkt, die we ontmoet hebben bij de barbecue aan het einde van week 1 van Syrious Mission. Als we een praatje maken met Rob vertelt hij dat hij blij is eindelijk dat gastenverblijf eens te kunnen gebruiken: normaal woont er nooit iemand en staat het maar leeg. Nou, wij zijn heel erg blij dat we er even kunnen rondhangen! Het appartement ligt er prachtig bij. Het is een kleine ruimte met douche, wc en keukentje, met grote glazen ramen en deuren, die uitkomen op een terras in een weelderige tuin. Vlak voor de deur staan vier palmbomen. We spannen de hangmat tussen twee bomen en genieten van de rust in deze mooie tuin. We hangen wat in de tuin, picknicken ontbijt op het terras, en kletsen gezellig bij met Dmitri.
Als we besluiten in Downtown wat te eten te zoeken, vinden we halverwege de weg omlaag (wij zijn op de heuvel, downtown is onderaan de heuvel) een uithangbord dat er interessant uitziet. We stappen door de deur en vinden een gezellige binnenplaats. Het blijkt dat hier een cultureel centrum is, met terras, filmzaal, expositie en een bibliotheek. En we kunnen er ook eten! We ploffen neer aan een tafel en krijgen een heerlijk Syrisch maal voorgezet. We horen van de jongen die ons bedient dat het eten komt van een Syrisch restaurantje downtown. Het wordt hier op bestelling bezorgd. We besluiten dat we dat restaurantje maar eens moeten bezoeken. Grappig, we zijn al een maand in Amman, en nu beginnen we ineens leuke nieuwe plekken te ontdekken!
De dag erop is onze laatste in Amman. Ik ga alleen downtown in, op zoek naar naald en garen, een handig tasje om wat rommeltjes in te doen, en misschien een nieuwe broek. Het is voor het eerst dat ik zo alleen door de stad loop. Ik ken de weg ondertussen heel goed: waar de verschillende restaurantjes zitten, de moskee met het plein ervoor waar schoenen perfect in een rijtje verkocht worden, de groentenmarkt links van de moskee, de kledingmarkt rechts, en de markt vol plastic rommel erachter, verborgen in kleine straatjes. Tegenover de moskee zijn de straatjes vol traditionele geborduurde jurken, en naar rechts richting het Romeinse theater is een hele rij toeristenwinkels. Ik heb hier zoveel rondgelopen dat er zelfs enkele winkeleigenaars zijn die me herkennen en begroeten. Ik koop een vers sapje bij ons vaste kraampje op de hoek bij de moskee, en er wordt me gevraagd waar mijn man is! Bij de toeristenwinkel waar we al een maand langs lopen, zijn we een paar dagen geleden voor het eerst binnengeweest. We hadden de verkoper met wie we een praatje hadden gemaakt al eerder ontmoet in de Rainbow street, en nu word ik er begroet als een oude bekende. Ook deze jongen merkt op dat ik zonder Marc ben. Hij zegt dat hij zijn vriendin nooit zo alleen de stad in zou laten gaan: zo’n mooi meisje moet toch beschermd worden! Ik lach vrolijk om het geflirt en verzeker hem dat ik ook wel zonder begeleiding over straat kan. Bij een van de toeristenwinkels vind ik het tasje dat ik zocht, en in de shouk tegenover de moskee vind ik mijn naald en garen. Ik heb maar een naald nodig, maar ze gaan per 20.. dus krijg ik er twee gratis bij mijn klosje garen, mooi 🙂
Op weg terug naar huis spreekt een man me bij het stoplicht aan. Hij wil weten waar ik vandaan kom. Als ik Holland zeg, word ik onmiddellijk voor thee uitgenodigd: zijn ex-vriendin was Nederlands, en dus hebben we wat om over te praten. De man blijkt de eigenaar te zijn van Hashem, de beste falafel- en hummustent van Amman, waar we regelmatig gaan eten. Hij stelt me voor aan het personeel dat me al diverse malen bediend heeft en laat twee kopjes thee komen. We praten over zijn Nederlandse en Duitse exen, over zijn verleden als eigenaar van een boot met glazen bodem in Aqaba en over hoe hij Hashem heeft overgenomen. Hij had een wild verleden zegt hij, maar nu hij overtuigd moslim is, heeft hij geen vriendin meer en zoekt hij een vrouw om mee te trouwen. Hij verzekert me dat hij mij nooit zou proberen te versieren of aan te raken, dat zou hij niet kunnen maken als goed moslim. Vervolgens vraagt hij me of ik single ben, en als ik vertel over Marc, biedt hij me vijf kamelen, mocht ik besluiten met hem te trouwen in plaats van met Marc. Vijf kamelen blijken 35.000 euro waard te zijn… hm, misschien moet ik toch kiezen voor deze vriendelijke restauranteigenaar met rotte tanden, en Marc verlaten…?
Ik besluit toch maar bij Marc te blijven en vertrek weer terug de heuvel op naar onze paradijslijke tuin met hangmat. Onderweg haal ik eten bij ons recent ontdekte Syrische restaurant, en we genieten van onze maaltijd bij zonsondergang, luisterend naar het gezang van de vele moskees die de stad rijk is. Na een biertje met een muziekje uit de telefoon erbij gaan we slapen. Onze laatste nacht in de stad: morgen is het eindelijk tijd om verder te gaan.